Nu ik een paar keer naar een klassiek concert ben geweest begin ik de regels te begrijpen: door níét te applaudisseren tussen twee delen van een symfonie geef je aan dat je weet dat er nog meer komt, en dat je dus een kenner bent. In plaats daarvan ga je zo hard mogelijk hoesten – liefst blaffen, van onder uit je longen. En terwijl de finale nog uitdooft hou je de dirigent scherp in de gaten, als een stoplicht. Zodrá hij zijn stokje heeft laten zakken zorg je dat je als eerste ‘bravo!’ roept. Daar zit ’m de kneep: je wilt niet te vroeg roepen, maar wél de eerste zijn.