Dokter, ik weet niet of ik me zorgen moet maken… en misschien is dit wel héél gênant, maar… wanneer ik een cappuccino bestel, of een biertje, heb ik… nou ja… dus totáál geen behoefte er een foto van te maken.
Denkt u, mankeer ik iets??
Dokter, ik weet niet of ik me zorgen moet maken… en misschien is dit wel héél gênant, maar… wanneer ik een cappuccino bestel, of een biertje, heb ik… nou ja… dus totáál geen behoefte er een foto van te maken.
Denkt u, mankeer ik iets??
Werken-en-reizen komt er bij mij op neer dat ik, zodra ik in het hostel of hotel heb ingecheckt, direct op zoek ga naar een koffiestek om te kunnen werken. Vaak heb ik al iets gevonden vóórdat ik mijn slaapplek heb bereikt en duik ik vast naar binnen om de sfeer en koffie te proeven. Maar veel belangrijker, om te kijken (1) of er service-at-the-bar is, zodat ik zélf kan bestellen, (2) of er voldoende stopcontacten zijn, (3) of er andere laptoppers zitten, en last but not least (4) of er banken of fauteuils staan – aan een tafeltje kan ik eenvoudigweg niet werken. Het gaat me er dus vooral om dat ik ergens kan werken alsof ik een boek aan het lezen ben – wat ik feitelijk ook aan het doen ben, zij het met ‘track changes’. Doorgaan met het lezen van “Werken-en-reizen”
Beste Starbucks,
Als u uw barista’s fatsoenlijke cappuccino’s leert maken, zodat de melk en koffie beter mengen, blijft er geen bodempje melkschuim achter dat je enkel met een lepeltje naar binnen kan werken, wat ik zelden doe, en bespaart u misschien wel miljoenen liters melk op jaarbasis. De cappuccino’s worden dan bovendien een stuk lekkerder: nu hap ik eerst wat schuim weg, neem ik een paar slokken warme melk en uiteindelijk sijpelt er wat koffie onder het resterende schuim vandaan als smeltwater onder een gletsjer.
Elke ochtend, zeven dagen per week hetzelfde ritueel, en wat mij betreft komt daar nooit verandering in. Doorgaan met het lezen van “De koning te rijk”
Die koffiedates met collega’s bevallen me príma. Een uurtje, soms twee, een-op-een, aan de koffie, kletsen over het werk, de voor- en nadelen van freelancen, tarieven, opdrachtgevers, noem maar op. Zo ben ik op m’n best, krijg ik niet de kans me af te vragen waar ik het nóú weer over moet hebben. Doorgaan met het lezen van “Een avondje de diepte in”
Echt, ik vind het geen probleem wat langer in de rij te staan doordat je een cappuccino bestelt – ik bestel ze zelf ook, zij het níét tijdens een lezing en al helemaal niet tijdens een veel te korte pauze met een rij mensen achter me – maar mocht je net als ik een kantoorverleden hebben en gewend zijn aan automatenkoffie die alleen te drinken is met ‘melk(schuim)’ en suiker: een americano (oftewel zwarte koffie) is in de meeste koffietentjes onvergelijkbaar veel beter dan die machinale kantoordrab. En wat sneller klaar dan een cappuccino.
Dacht ik zeg het effe.
Ik zou er haast een digital nomad voor worden: in buitenlandse steden als Berlijn, Praag, Bratislava en Boedapest stikt het van de cafés waar je ongestoord kunt werken, vanwege het ‘service at the bar’-concept.
Hier in Delft kun je naar mijn weten enkel bij de Coffee Company of de Starbucks op het station je koffie bij de bar bestellen. Cruciaal als ik wil werken, omdat ik dan niet telkens ‘Nee bedankt’ hoef te zeggen, of me verplicht voel nog een koffie te bestellen terwijl ik de vorige nét op heb – in sommige cafés wordt me tijdens mijn laatste slok al gevraagd of ik nog iets had gewenst, dat is zelfs irritant als je níét werkt.
In Den Haag heb ik iets meer keuze. Naast twee Coffee Company’s is er een Coffee Fellows (zeg maar de Duitse Coffee Company, maar dan met ‘zeepsop-cappuccino’s’ à la Starbucks) en de Koninklijke Bibliotheek (eigenlijk geen keuze, omdat je geen drinken mee de studeerzaal in mag nemen). Maar nu het kouder wordt en ik wat minder ver wil fietsen, had ik graag wat meer laptopvriendelijke koffietentjes in Delft gezien. En niet alleen koffietentjes: op donkere winteravonden zou ik best even warmpjes tussen andere laptoppers willen kruipen, met een donker biertje binnen handbereik. Om te werken hoor, begrijp me niet verkeerd.
Trouwens, aan alle horeca-ondernemers die dit lezen: als ik ongestoord kan werken, betaal ik graag wat meer voor mijn drankje of snack. Geen probleem, als ik mijn huis heb verkocht.
Op zo’n volmaakte ochtend
als deze
doe ik niets anders dan tikken
mijmeren, lezen
op koffie en pianoklanken
met weinig andere zorgen
dan ga ik vandaag sporten
of morgen
How’bout een café waar ik ’s avonds mijn boek of laptop kan openklappen tussen andere lezers en laptoppers. Een café met een lange tafel en – vooral – luie stoelen en banken, à la Starbucks en de Coffee Company, met service-at-the-bar (en liefst zónder ‘TOSTI’s!’). Een café waar ik in m’n eentje naartoe kan om daar te lezen of nog wat te werken, dus zonder met iemand af te hoeven spreken en zónder dat ik als excentriekeling word bekeken (zoals die paar keer dat ik mijn laptop meenam naar de kroeg , in Delft). Doorgaan met het lezen van “Books ’n Beers”
Dat verlegenheid geen constante is maar een variabele ontdekte ik eind maart, toen ik voor de tweede maal met een groepje collega-freelancers in Utrecht had afgesproken. Ieder vertelde waar hij of zij mee bezig was en toen het mijn beurt was, verstrakte mijn kaakspieren en kon ik nog net ‘Ik moet even naar het toilet’ uitbrengen. Terwijl ik dus geen hoge nood had. Doorgaan met het lezen van “Om een praatje verlegen”